Alex Roeka

De blindenkaravaan


Imprimir canciónEnviar corrección de la canciónEnviar canción nuevafacebooktwitterwhatsapp


Eenzaam door de avond klinkt het luiden van de klok.
Leeg houdt de lucht zijn adem in.
Het is alweer een uur geleden dat de boot vertrok
Over de stroom van de herinnering.
Niemand kan hier iemand vinden.
Hier en daar beweegt het hooi.

Langzaam gaan de deuren open van het gesticht.
Een voor een komen ze uit het gat.
Dan klinkt opeens het hoge teken door het laatste licht
En gaat de lange stoet op pad.
Er is nog steeds geen woord gesproken.
Van alles is nog niets gedaan.
Zie de blinden gaan, door de schemer naar de stroom.
Langzaam aan, de blindenkaravaan, als dieren in een droom,
Als dieren in een droom.

Vooraan lopen de drie honden, dicht tegen elkaar.
De mannen volgen gedwee.
Dan klinkt opeens hun wilde zingen, hakend naar gevaar,
Een lied van verlangen naar de zee.
'Geef ons water, geef ons golven,
geef ons de ruime baan.'

Zie de blinden gaan, door de schemer naar de stroom.
Langzaam aan, de blindenkaravaan, als dieren in een droom,
Als dieren in een droom.

'Geef ons water, geef ons golven,
geef ons stormen, geef ons licht.
Door de zwarte zee verzwolgen,
Geef ons diepte, geef ons zicht.'

Schijnsels spelen op het water met het geheim.
Van achter de struiken komt de stoet.
Het is niet dat ze van hun zingen verlost willen zijn,
Het lijkt veel eerder iets dat moet.
De stilte hangt al in de bomen.
Straks verschijnt de volle maan.

Zie de blinden gaan, door de schemer naar de stroom.
Langzaam aan, de blindenkaravaan, als dieren in een droom,
Als dieren in een droom.