Sukkel
Het gebeurde lang gelee.
t Was in een cafe.
Jij stond daar te stralen, met al die kerels om je heen.
Ik bestelde gauw een glas.
Maar toen ik bij jou was.
Struikelde ik en de rode wijn ging vol over je heen.
Het is een wonder, ik kan er nog niet bij.
Zo bijzonder, je bent nog steeds bij mij.
Blijkbaar doe ik toch iets goed, al gaat er zo veel fout.
En ik mag misschien een sukkel zijn, maar wel een die van je houdt.
En ik weet niet wat het is.
Maar ook de trouwerij ging mis.
Ik was de ringen kwijt, maar toch kusten wij elkaar.
En bij het klussen in ons huis, zat jij onder het gruis.
Toen ik een muurtje slopen wou, stortte alles in elkaar.
Het is een wonder, ik kan er nog niet bij.
Zo bijzonder, je bent nog steeds bij mij.
Blijkbaar doe ik toch iets goed, al gaat er zo veel fout.
En ik mag misschien een sukkel zijn, maar wel een die van je houdt.
Ik ben mn sleutels kwijt.
Maak het slot kapot.
De politie ziet het en pakt me op.
Ik doe alles fout, de thee is koud.
En de goudvis is vermoord.
Het dak is lek,
De bel is stuk,
Een geluk bij een ongeluk.
Nu slapen we onder de sterren en niemand die ons stoort.
Het is een wonder, ik kan er nog niet bij.
Zo bijzonder, je bent nog steeds bij mij.
Blijkbaar doe ik toch iets goed, al gaat er zo veel fout.
En ik mag misschien een sukkel zijn,
ik mag misschien een sukkel zijn,
ik mag misschien een sukkel zijn, maar wel een die van je houdt.