Delfzijl
(Jenny Arean & Lucretia van der Vloot)
We moesten naar Den Haag
We gingen naar Den Haag
We moesten naar Delfzijl
We gingen naar Delfzijl
We moesten naar Maastricht
We gingen naar Maastricht
We moesten naar Goeree
En door naar Zierikzee
We moesten naar Maasbracht
We gingen naar Maarbree
We gingen naar Maastricht
We waren dag en nacht op tournee
Op vrijdag naar Den Bosch
Op zaterdag naar Oss
Op zondag naar Geleen
Op maandag Hogeveen
De weg naar Swifterbant
De weg naar Loon Op Zand
De weg naar Slikkerveer
De weg naar Sappermeer
De file naar Balkbrug
De file naar Boxmeer
De file weer terug
We trokken door het land heen en weer
Nooit, nooit wat gezien
Van een dorp of een stad
Haast, haast en patat
Is het vaste stramien
Dus je komt en je speelt
En je buigt en je gaat
Ja je gaat er vandoor
Want het is alweer laat
We reden naar Breda
Ze zeggen altijd ja
Ons landje is maar klein
De weg naar Nieuwegein
De file naar Jutvaas
Ons landje is helaas
Wat aan de krappe kant
De file naar Cadzand
Ons land is maar benauwd
De weg naar Aerdenhout
De weg naar Sakkerloot
Dit land is goed beschouwd
Veel te groot
We moesten naar Den Ilp
We waren in Den Ilp
We moesten naar Den Briel
We waren in Den Briel
We weten heel globaal
In Oldenzaal de zaal
Maar verder mens
Ik weet van Oldenzaal geen reet
Misschien is het er mooi
Misschien is het een zooi
En interlectueel nog erger dan 't Gooi
Ja, weet ik veel
Nooit, nooit wat gezien
Want voor ons is een stad
Een zak met patat
Een kroket bovendien
Want je komt en je speelt
En je buigt en je gaat
En je gaat er vandoor
Want het is weer zo laat
We kennen in Oostzaan alleen de Italiaan
In Harderen en Hees alleen maar de Chinees
De schouwburg in Den Haag
De zaal in Beemsterzwaag
Volgens het papier
Zijn wij vanavond hier
Dus vraag ik als altijd
Is alles hier okay
En woont u hier nou graag
Want ik heb tot mijn spijt
Geen idee
We moesten naar Veendam
We reden naar Veendam
We moesten naar Roermond
We reden naar Roermond
En tussen het verkeer
Dat ik voortdurend weer
Ik ben het niet alleen
Dat geldt voor iedereen
We staan niet meer verbaasd
Van vluchtigheid en haast
Wat moet ik in Roermond
De hele wereld raast in het rond
Ach, nooit wat gezien
Van een stad, van het land
Haast, haasten maar want
Dat is een eeuwig stramien
Dus je komt en je zingt
En je buigt en je gaat
En opeens ga je dood
En dan is het te laat
We moesten naar Den Haag
We gingen naar Den Haag
We moesten naar Delfzijl
We gingen naar Delfzijl
We moesten naar Maassluis
We gingen naar Maassluis
We moesten naar Goeree
En door naar Zierikzee
De file naar Maasbracht
De lange weg naar Goor
We gingen niet naar huis
We gingen alsmaar door
Alsmaar door
Alsmaar door
Alsmaar door