
Alles Ten Spijt
Een hemels paradijs
deze kamer 4x5.
De gordijnen zijn gesloten.
Hier verdoen wij onze tijd.
Kleine lijntjes op je gezicht
vertellen een eeuwenoud gedicht.
Niets is je aangeboden.
Uit verveling brand gesticht.
En je schreeuwde:
Alles ten spijt, wij liegen altijd!
Toen je verjaarde
in verlaten zijstraten,
alles van waarde
kon worden achtergelaten.
Vorstin in het zonlicht
verdween in de schemer
richting dorpsgesticht
of begrafenisondernemer.
En door mijn hoofd gonst alleen:
Mag ik je kussen?
Mag ik je kussen, alsjeblieft?