Rode Wijn
Het bed is 's nachts maar half beslapen, de helft van mijn boeken nam ze mee.
De helft van mijn salaris is ruim voldoende, slapen doe ik nu voor twee.
De platen waren allemaal van mij. Ik draai ze net zo hard ik kan. De televisie mocht
ze houden, alsof ik niet zonder kan.
Wat een bestaan, wat een luizenleven. Het kan niet stuk, wat een geluk.
Rode wijn, rode wijn. Kom laat ons vrolijk zijn.
Ik drink me elke avond een beroerte, eten heb ik weken niet gedaan.
Ik pis weer net als vroeger in de wasbak, slapen doe ik met mijn kleren aan.
Wat een bestaan, wat een luizenleven. Het kan niet stuk nee, wat een geluk.
Rode wijn, rode wijn. Kom, laat ons vrolijk zijn.
Ik ben niet meer gewend aan stilte, zeker niet zo lang.
De vrijheid die ik terug wou hebben, maakt me eigenlijk bang.
Hmm..
Toch is het niet dat ik haar mis, 't is ongewoon nog even.
Niemand, niemand heeft zich vergist. 't Is wennen aan mijn eigen leven.
Een keuken vol met vuile glazen, 't kan alleen maar beter gaan.
Wie heeft er meubels of gordijnen nodig? Ik begin van voor af aan.
Wat een bestaan, wat een luizenleven. Het kan niet stuk nee, wat een geluk.
Rode wijn, rode wijn. Kom, laat ons vrolijk zijn.
Rode wijn. Kom laat ons vrolijk zijn..
