
Voor het eerst weer alleen
Mijn ogen zijn vol maar mijn handen
zijn leeg nu je weg bent gegaan
ik voel het gemis in me branden
en huil als een wolf naar de maan
zo bang als een kind in het duister
zoek ik naar de knop van het licht
ik tast om me heen met mijn handen
ze zoeken nog steeds jou gezicht
ik slaap voor het eerst weer alleen
en de nacht is nog harder dan steen
ze danst op haar ijzige tenen
als een schim om me heen
ze zingt me in slaap met je lach
ze doet alles met mij wat niet mag
ze likt met haar tong in mn oren
totdat ze vlucht voor het licht
van de dag
de lampen zijn aan
het blijft donker
de kachel is aan
het blijft kil
ik lees maar de letters vervagen
de radio aan
het blijft stil
ik ben als de dood voor de nachten
en de dagen gaan zwijgend voorbij
ik weet het is zinloos te wachten
maar ze zin van mijn leven ben jij