
Wat is de bedoeling
Wat is de bedoeling, (wat is de bedoeling)
Is er ook een plan, (is er ook een plan)
Is er over nagedacht, (ofzo)
Wat is de bedoeling hiervan.
Een man stond op zn kop in de wei.
Met zn benen in de lucht en zn handen in zn zij.
En een kaars in zn kont en een vuurtje bij de lont.
En toen kwam er een meisje voorbij.
Dat zei
.
Wat is de bedoeling, (wat is de bedoeling)
Is er ook een plan, (is er ook een plan)
Is er over nagedacht, (ofzo)
Wat is de bedoeling hiervan.
Er lag een vliegtuig naast de landingsbaan.
Er was ergens iets verkeerd gegaan.
Kerosine in de sloot. En alle mensen waren dood.
En toen stond er een reiger bij.
Dat zei
..
Wat is de bedoeling, (wat is de bedoeling)
Is er ook een plan, (is er ook een plan)
Is er over nagedacht, (ofzo)
Wat is de bedoeling hiervan.
Er was een golf over het land gegaan.
Er was helemaal niks meer blijven staan.
De kernreactor had de hik, en de rest stond in de fik.
En er dreef een man voorbij.
Die zei
Wat is de bedoeling, (wat is de bedoeling)
Is er ook een plan, (is er ook een plan)
Is er over nagedacht, (ofzo)
Wat is de bedoeling hiervan.