Menens
Je hebt een grenzeloze angst om vreemd te gaan 
Want morgen zou het wel eens kunnen blijken 
Hoe moeilijk je verleiding kunt weerstaan 
Je hebt een grenzeloze afkeer van agressie 
Toch kies je dagelijks voor 
Een groot of klein gevecht 
Je zelf te zijn is bijna een obsessie 
Je denkt te lang is dit nu goed of slecht 
Maar als het menens wordt en je hart verkilt 
Omdat de rest krepeert behalve jij 
Wat zul je dan wel doen, er is geen uitweg meer 
Je voelt je eenzaam worden, je bent onvrij 
Maar als het menens wordt en je hart verkilt 
Omdat de rest krepeer, misschien ook jij 
Wat zul je dan wel doen, waar zul je dan wel staan 
Er blijft geen uitweg over dan zij aan zij 
Je hebt de schurft aan god en wantrouwt idealen 
Want mensen zijn nu eenmaal anders dan het schijnt 
Je hebt de kunst om iets zo te vertalen 
Dat het niets meer zegt en dus de zin verdwijnt 
Het heeft geen zin om met jezelf te blijven vechten 
En die bezwaren zijn je toch maar aangepraat 
Er valt heus wel wat anders te beslechten 
Dan waar je nu zo dikwijls stil bij staat 
Want als het menens wordt en je hart verkilt 
Omdat de rest krepeert behalve jij 
Wat zul je dan wel doen, er is geen uitweg meer 
Je voelt je eenzaam worden, je bent onvrij 
Maar als het menens wordt en je hart verkilt 
Omdat de rest krepeer, misschien ook jij 
Wat zul je dan wel doen, waar zul je dan wel staan 
Er blijft geen uitweg over dan zij aan zij